Fundamenten en strategie
V: Wat is het verschil tussen een merk en branding ?
A: Een merk is het onderbuikgevoel dat mensen bij je hebben; branding is het doelbewuste werk om dat gevoel vorm te geven via alle contactpunten.
V: Wat is merkstrategie ?
A: Een langetermijnplan dat definieert wie je bent ( doel , positionering, persoonlijkheid), voor wie en hoe je succes gaat boeken.
V: Wat is merkpositionering ?
A: De meest overtuigende ruimte die je in het hoofd van de klant wilt veroveren, ten opzichte van concurrenten.
V: Doel versus Missie versus Visie?
A: Doel = waarom je bestaat; Missie = wat je doet en voor wie; Visie = waar je naartoe gaat.
V: Wat is een waardepropositie ?
A: Een beknopte uiteenzetting van het voordeel voor de klant + bewijs dat uitlegt waarom u de beste keuze bent.
V: Differentiatie versus onderscheidend vermogen ?
A: Differentiatie = inhoudelijke verschillen; onderscheidend vermogen = direct herkenbare merksignalen (kleuren, vormen, activa).
V: Merkpijlers?
A: 3-5 fundamentele thema's die de positionering ondersteunen (bijv. innovatie, vakmanschap, service).
V: RTB's (Reasons-to-Believe)?
A: Specifieke bewijzen (prijzen, patenten, getuigenissen) die uw beweringen staven.
V: Segmentatie/Targeting/ Persona / JTBD ?
A: De markt opdelen in groepen, kiezen wie je wilt bedienen, deze groepen beschrijven en hun Jobs-to-Be-Done in kaart brengen.
V: Wat is merkwaarde ?
A: De commerciële waarde van merkbekendheid, associaties en loyaliteit.
V: Modellen voor merkwaarde (Aaker, Keller/CBBE, BAV)?
A: Kaders om waarde te diagnosticeren (bewustzijn → betekenis → respons → resonantie).
Architectuur & Portfolio
V: Wat is merkarchitectuur ?
A: Hoe merken, submerken en producten zich tot elkaar verhouden (naamgeving, endorsement, hiërarchie).
V: Branded House vs. House of Brands vs. Hybride?
A: Branded House (Google): één masterbrand overkoepelt alle merken; House of Brands (P&G): veel zelfstandige merken; Hybride: een mix.
V: Masterbrand, submerk, goedgekeurd merk?
A: Masterbrand is toonaangevend; submerk voegt specificiteit toe; goedgekeurd merk staat op zichzelf, maar draagt "by [Endorser]" uit.
V: Lijnuitbreiding versus categorie-uitbreiding?
A: Nieuwe variant in dezelfde categorie versus overstap naar een nieuwe categorie.
V: Co-branding en ingrediëntenbranding ?
A: Twee merken delen waarde; een ingrediëntenmerk (bijv. "Intel Inside") voegt geloofwaardige componentwaarde toe.
Identiteit: Visueel
Vraag: Wat is visuele identiteit ?
Antwoord: Het systeem van tastbare signalen (logo, kleur, lettertype, lay-out, beeldmateriaal, beweging).
V: Soorten logo's?
A: Woordmerk, lettermerk/monogram, symbool/logo, combinatiemerk, embleem.
V: Vrije ruimte en minimale afmetingen?
A: Regels die ervoor zorgen dat logo's leesbaar en vrij blijven.
V: Kleursysteem (primair/secundair/neutraal)?
A: Goedgekeurde paletten met codes (HEX/RGB/CMYK/Pantone) en contrastverhoudingen voor toegankelijkheid.
V: Typografisch systeem?
A: Stijlen voor koppen/tekst/mono, formaten, regelhoogte en koppelingsregels.
V: Iconografie- en illustratiestijl?
A: Consistente vectorstijlen voor gebruikersinterface en storytelling.
V: Fotografiestijl?
A: Richting onderwerpen, belichting, compositie, nabewerking.
V: Richtlijnen voor beweging en animatie?
A: Timing, easing en overgangen die 'on-brand' aanvoelen.
V: Sonic/Audio branding?
A: Sonic logo, thema en soundscape regels.
V: Favicon en app-pictogram?
A: Kleine merknamen voor browsers en apps.
V: Open Graph / sociale preview?
A: Metadata afbeeldingen/titels voor het delen van kaarten.
Identiteit: Verbaal
V: Wat is verbale identiteit?
A: De stem, toon en taalkundige regels die ervoor zorgen dat het merk consistent klinkt.
V: Toon van de stem versus stem?
A: Stem is een stabiele persoonlijkheid; toon past zich aan de context aan (bijv. dringend, feestelijk).
V: Tagline versus slogan?
A: Tagline is voor de lange termijn; slogan is campagnespecifiek.
V: Hiërarchie in de berichtgeving?
A: De volgorde van de gespreksonderwerpen, van de kernbelofte tot de details.
V: Standaardtekst?
A: Standaard bedrijfsparagraaf voor PR en gebruik door partners.
V: Manifest?
A: Een gepassioneerde verwoording van overtuigingen en intenties.
V: Naamgevingsstrategieën (beschrijvend, suggestief, willekeurig, fantasierijk, bedacht)?
A: Spectrum van letterlijk ("General Motors") tot verzonnen ("Kodak").
V: Naamgevingscontroles?
A: Taalkundige screening, domeinonderzoek en juridische goedkeuring van handelsmerken.
Onderzoek, tracking en statistieken
V: Merkaudit?
A: Een diagnose van de huidige activa, prestaties en tekortkomingen.
V: Bewustzijn (met of zonder hulp)?
A: Herkenning met of zonder aanwijzingen.
V: Overweging, voorkeur, koopintentie?
A: Funnelmetrieken die richting selectie gaan.
V: Merkassociaties en sentiment?
A: Kenmerken die aan uw merk gekoppeld zijn en de emotie die ze overbrengen.
V: NPS, CSAT, CES?
A: Loyaliteits-, tevredenheids- en inspanningsscores.
V: Share of Voice (SOV) versus Share of Market (SOM)?
A: Uw advertentieaanwezigheid versus uw omzetaandeel.
V: Merkbekendheid?
A: Een stapsgewijze toename van de naamsbekendheid/intentie van een campagne.
V: MMM versus MTA?
A: Media Mix Modeling (top-down, geaggregeerd) versus Multi-Touch Attribution (gebruikersniveau, bottom-up).
V: ROMI vs. ROAS vs. MER?
A: ROMI omvat alle marketingkosten; ROAS relateert advertentie-uitgaven aan de omzet; MER is totale omzet ÷ totale media.
V: Merkwaardering (Interbrand, BrandZ)?
A: Financiële schattingen van de bijdrage van het merk aan de bedrijfswaarde.
Digitale merkaanwezigheid
V: On-page, off-page, technische SEO?
A: Inhoud en structuur, backlinks/autoriteit, sitegezondheid/prestaties.
V: EEAT ?
A: Ervaring, Deskundigheid, Autoriteit, Betrouwbaarheidssignalen.
V: Gestructureerde data/schema?
A: Markering die zoekmachines helpt inhoud te begrijpen.
V: Kennispaneel en entiteits-SEO?
A: Hoe representeert Google geverifieerde merkentiteiten?
V: Lokale SEO en NAP?
A: Optimaliseren voor lokale intentie; naam/adres/telefoon consistentie.
V: Reputatiemanagement?
A: Het vragen om, reageren op en benutten van beoordelingen.
V: Social listening en sentimentanalyse?
A: Conversaties en emoties rondom uw merk monitoren.
V: Inhoudelijke pijlers en kalender?
A: Thematische clusters en publicatieritme die aansluiten bij de strategie.
V: UGC en community?
A: Door klanten gecreëerde content en interactieruimtes rondom uw merk.
V: Veiligheid en geschiktheid van het merk?
A: Advertenties uit schadelijke of merkonafhankelijke contexten houden.
V: Robots.txt, Sitemap, Canonical, Hreflang?
A: Crawl-richtlijnen, URL-lijsten, signalen voor dubbele inhoud en taaltargeting.
Marketing, Creatief & Media
V: Merkmarketing versus prestatiemarketing?
A: Mentale beschikbaarheid op lange termijn versus vraagvastlegging op korte termijn.
V: Full-funnelmarketing?
A: Gecoördineerde inspanningen op het gebied van bekendheid, overweging, conversie en loyaliteit.
V: GRP/TRP, bereik, frequentie, CPM/CPC/CPA?
A: Plannings- en inkoopstatistieken voor mediabereik, kosten en efficiëntie.
V: Creatieve tests (A/B, MVT)?
A: Experimenten om berichten en middelen te optimaliseren.
V: Onderscheidende merkactiva/codes?
A: Eigen kenmerken (mascotte, kleur, jingle) die herkenning oproepen.
V: Wat is het raamwerk van het verhaal?
A: Verhaallijnen (held, spanning, ontknoping) afgestemd op de rol van het merk.
V: Merktoolkit?
A: Vooraf goedgekeurde sjablonen, componenten en voorbeelden voor snelle, merkgerichte creatie.
Ervaring & CX
V: Merkervaring (BX) versus klantervaring (CX)?
A: BX is de merklaag; CX is de totale end-to-end journey.
V: Contactpunten en klantreis?
A: Interactiemomenten en een visualisatie daarvan in de loop van de tijd.
V: Momenten van de waarheid?
A: Contactmomenten met grote impact die de perceptie onevenredig beïnvloeden.
V: Blauwdruk van de service?
A: Diagram van de mensen, processen en systemen voor en achter de schermen.
V: Omnichannel ?
A: Naadloze, verbonden ervaringen via alle kanalen en apparaten.
V: Verpakken en uitpakken?
A: Een fysieke merkervaring die zorgt voor memorabiliteit en deelbaarheid.
V: Bewegwijzering en omgevingsbranding?
A: Bewegwijzering en ruimtelijke signalen die het merk sturen en uitdrukken.
V: Loyaliteit, CRM en marketingautomatisering?
A: Programma's en platforms voor klantbehoud en gepersonaliseerde klantreizen.
V: Personalisatie versus privacy?
A: Ervaringen op maat, met respect voor toestemming en gegevensbescherming.
Partnerschappen en groei
V: Sponsoring versus partnerschap?
A: Sponsoring financiert/associeert met eigendommen; partnerschappen creëren gezamenlijke waarde.
V: Influencer-niveaus (nano/micro/macro/mega)?
A: Publieksgroottes met verschillende afwegingen tussen vertrouwen en bereik.
V: Affiliate marketing?
A: Prestatiegerichte partnerschappen waarbij wordt betaald voor doorverwezen conversies.
V: Licenties en franchising?
A: Merk-IP huren versus een bedrijfsmodel repliceren onder je eigen merk.
Organisatie, bestuur en juridische
zaken. Vraag: Merkbeheer?
Antwoord: Beleid, rollen en processen die consistent gebruik garanderen.
V: Merkrichtlijnen versus draaiboek?
A: Richtlijnen stellen regels vast; draaiboeken voegen voorbeelden en instructies toe.
V: DAM & Templating?
A: Digitaal activabeheer en merkcreatie op grote schaal.
V: Interne branding en EVP?
A: Het merk naar medewerkers brengen; de Employee Value Proposition verwoordt waarom mensen zich bij ons aansluiten/blijven.
V: Verandermanagement en enablement?
A: Teams voorbereiden en trainen om nieuwe merkgerichte werkwijzen te omarmen.
V: Handelsmerksymbolen (™/®/℠)?
A: ™ claim, ® geregistreerd, ℠ dienstmerk; gebruik beheerst door intellectuele eigendomsrechten.
V: Handelsopmaak?
A: Beschermbare, niet-functionele ontwerpelementen (verpakking, winkelinrichting).
Rebranding & Migratie
V: Vernieuwen vs. Rebranden vs. Hernoemen?
A: Vernieuwen = evolueren; Rebranden = aanzienlijke herpositionering/identiteitsverandering; Hernoemen = nieuwe merknaam.
V: Migratieplan?
A: Gefaseerde uitrol, vervanging van activa, omleidingen, afbouw van de voorraad, communicatie met belanghebbenden.
V: Dubbel merk en einde levensduur?
A: Tijdelijke co-labeling om eigen vermogen over te dragen; gestructureerde afbouw van oude activa.
Verantwoordelijkheid, risico en ethiek
V: Merkdoel versus MVO versus ESG?
A: Doel is de kern van het 'waarom'; MVO gaat over sociale initiatieven; ESG gaat over milieu-/sociale/bestuurlijke maatstaven.
V: Greenwashing/Woke-washing?
A: Overdrijven met ethische/doelgerichte beweringen zonder onderbouwing.
V: Crisiscommunicatie?
A: Protocollen, eigenaren en vooraf goedgekeurde verklaringen voor incidenten.
V: Merkgeschiktheid en gevoelige categorieën?
A: Zorgen dat plaatsingen aansluiten bij uw risico- en waardedrempels.
Opkomende & Multisensorische
V: Sensorische branding?
A: Gecoördineerde signalen via zicht, geluid, aanraking, geur en smaak.
V: Sonic-logo en UX-geluiden?
A: Korte mnemonische en interface-audio die de identiteit versterken.
V: Haptiek?
A: Tactiele feedback als merksignaal (apparaten, verpakkingen).
V: AR/VR/XR-branding?
A: Identiteitssystemen ontworpen voor immersieve omgevingen.
V: Wat zijn de grenzen van AI-merken?
A: Regels voor door AI gegenereerde content (toon, feiten, intellectuele eigendom, vooringenomenheid, openbaarmaking).
V: Snelle stijlgids?
A: Presets en voorbeelden die ervoor zorgen dat AI-resultaten consistent in lijn zijn met het merk.